Bron: NDG
Een chip, of transponder, is een buisje zo groot als een rijstkorrel dat door de dierenarts met een naald onder de huid van uw huisdier wordt gebracht, meestal in de nek. Het inbrengen van de chip (het chippen) is relatief pijnloos voor het huisdier en te vergelijken met andere injecties.
In de chip zit een microchip waarop het registratienummer is opgeslagen. Met behulp van een speciaal afleesapparaat kan dit registratienummer worden afgelezen. De chip doet verder niets in uw huisdier. Er zit geen batterij of andere energiebron in.
Waarom chippen?
Ieder jaar lopen in Nederland vele tienduizenden katten, honden en andere huisdieren weg. Veel van deze huisdieren keren nooit meer terug naar huis. Vaak komen deze dieren terecht in een asiel. Maar andere blijven voor lange tijd op straat zwerven omdat niemand weet van wie ze zijn. Daardoor wordt het terugvinden van hun huis bijna onmogelijk.
Met een geregistreerde chip is uw huisdier altijd naar huis terug te herleiden.
Elke chip die bij een dier wordt ingebracht kan worden geregistreerd bij de NDG. Met deze registratie worden uw gegevens direct gekoppeld aan uw huisdier. Dierenambulances of dierenartsen kunnen er dan voor zorgen dat uw huisdier snel weer bij u thuis is.
Naast het terugvinden van uw huisdier is identificatie en registratie ook nuttig bij het tegengaan van malafide handel en bij het bestrijden van dierziekten.
Ook in het geval dat u uw huisdier wilt verzekeren is een chip verplicht.